'Gebruik dinoterb in landbouw hoogst onwaarschijnlijk'
Begin maart sloeg de milieuorganisatie Mobilisation for the Environment (MOB) alarm over de vondst van dinoterb in verschillende wateren in Noord-Holland, en dat terwijl middelen op basis van deze stof al sinds 1998 geen toelating meer hebben in Nederland. MOB wees direct met een beschuldigende vinger naar bloementelers die, ondanks het verbod, deze middelen toch zouden gebruiken. LNV-minister Piet Adema zegde direct een onderzoek toe. In een brief aan de Tweede Kamer over de tussenstand van dit onderzoek stelt Adema dat het illegaal gebruik van middelen niet is uit te sluiten, maar daar zijn tot nu toe geen aanwijzingen voor. Mogelijk kan er sprake zijn van nalevering uit de bodem van geaccumuleerde resten uit het verleden die niet zijn afgebroken en in combinatie met verticale en horizontale waterbewegingen als gevolg van overvloedige neerslag, verdroging, verzilting en kwel uiteindelijk alsnog in oppervlaktewater terecht zijn gekomen.
Gezamenlijk overleg
Over de actie van Mobililisation for the Environment (MOB) om een handhavingsverzoek in te dienen bij het Hoogheemraadschap Noorderkwartier en de NVWA, omdat volgens MOB er sprake zou moeten zijn van illegaal gebruik, stelt Piet Adema dat zowel MOB als de NVWA voornemens zijn om hierover gezamenlijk in overleg te gaan. Voor een definitieve conclusie zegt Adema dit overleg af te wachten.
In de brief aan de Tweede Kamer onderstreept Adema de intensieve controles die al jaren plaatsvinden op het gebruik van deze en andere verboden stoffen. Zo heeft de NVWA, naar aanleiding van eerdere meldingen over normoverschrijdingen, reeds in 2014 55 gerichte inspecties uitgevoerd naar mogelijk illegaal gebruik van dinoterb in de bollenteelt. Dit deed de NVWA via bedrijfsinspecties en grondmonsters. Bij deze 55 inspecties heeft de NVWA de stof dinoterb niet aangetroffen. Verder werden in 2018 via een zogenaamde brede naleefmeting in totaal 295 inspecties in de bloembollenteelt uitgevoerd. Daarbij werden in totaal 168 grond- en gewasmonsters genomen. In geen enkele van deze inspecties en monsters werd de stof dinoterb aangetroffen.
Brede screening
Sinds 2016 maakt de NVWA gebruik van een standaard brede screening om de monsters te laten analyseren. Dinoterb maakt sinds de start in 2016 onderdeel uit van deze standaard brede screening. De gewassen en gewasgroepen waarin inspecties worden uitgevoerd en gewas- of grondmonsters worden genomen variëren per jaar. Jaarlijks worden circa 400 gewas- of grondmonsters genomen die in de meeste gevallen op basis van de standaard brede screening worden geanalyseerd. Vanaf de start van het gebruik van de standaard brede screening is dinoterb nog nooit aangetroffen in de gewas- en grondmonsters. Bovendien zou illegaal gebruik van deze stof vooraf gegaan moeten zijn door illegale handel. Toezicht op illegale handel is al langer één van de prioriteiten van de NVWA. Dit in nauwe samenwerking met de Douane. Bij importinspecties en overige inspecties in het handelskanaal zijn de afgelopen jaren geen middelen op basis van dinoterb aangetroffen. Verder informeren Waterschappen de NVWA als zij aan de hand van monitoringsresultaten vaststellen dat er werkzame stoffen uit niet toegelaten middelen in het oppervlaktewater worden aangetroffen of als zij bij controles een niet toegelaten middel aantreffen. De NVWA bepaalt vervolgens of en zo ja, welke actie nodig is. Het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier heeft volgens deze lijn gehandeld, toen bleek dat op een aantal locaties in haar beheergebied dinoterb werd aangetroffen. Aan de hand van de bevindingen van het ingediende handhavingsverzoek zal worden bezien of er aanvullende stappen nodig zijn.
Achtergrond
Dinoterb is een stof die in het verleden werd gebruikt als werkzame stof in onkruidbestrijdingsmiddelen, met name in de akkerbouw en akkerbouwmatige vollegrondsgroenteteelt. Gebruik in de sierteelt was beperkt. Gewasbeschermingsmiddelen op basis van deze werkzame stof zijn sinds 1998 niet meer toegelaten in de Europese Unie. Alhoewel de stof al geruime tijd niet meer is toegestaan, worden er nog wel resten van de stof in normoverschrijdende gehalten aangetroffen in het oppervlaktewater.
Tekst: Guus Queisen
Opgegroeid op een gemengd agrarisch bedrijf op een typisch Zuid-Limburgse carréboerderij. Na een financieel/economische opleiding en diverse functies sinds 1985 in deeltijd en sinds 1996 fulltime op freelance basis actief in de landbouwjournalistiek. Volg kritisch alle ontwikkelingen die (in-)direct aan de agrarische sector gerelateerd zijn. Bij Agrio werkzaam voor zowel de papieren als de digitale uitgaven van: Stal en Akker, Pigbusiness, Melkvee en Akkerwijzer.
Beeld: Susan Rexwinkel Agrio archief
Bron: Ministerie LNV