KvK: regelgeving belangrijkste obstakel starten neventak door boeren

De Kamer van Koophandel heeft in opdracht van de ministeries van LNV, SZW en EZK een onderzoek gedaan naar belemmeringen bij het starten van neventakken in de MFL. De KvK heeft zich in het onderzoek gericht op twee sectoren, de agrarische kinderopvang en verblijfsrecreatie.

Onduidelijkheid procedures

De meeste belemmeringen ervaren ondernemers wanneer zij niet goed weten aan welke regels zij getoetst worden, welke overheidsinstanties betrokken zijn en hoe de toetsing plaatsvindt. Als grootste knelpunt geven ondernemers het traject aan om een vergunning te krijgen. Ook ervaren zij een gebrek aan duidelijkheid over de status van de vergunningsaanvraag en een gemis aan begrijpelijke communicatie. De mate waarin ze dit als probleem ervaren, hangt voor een deel af hoeveel ervaring gemeenten hebben met vergunningen voor neventakken.

Motie aanleiding

Adema licht in een Kamerbrief toe dat hij de KvK het onderzoek heeft laten doen naar aanleiding van de motie van de Kamerleden Bromet en Thijssen (beiden GroenLinks-PvdA). De motie verzoekt de regering in kaart te brengen waar landelijke of lokale regels neventakken onbedoeld tegenwerken.

Extra verdienmodel

Adema erkent daarbij dat boeren met neventakken een extra verdienmodel toevoegen. ‘Een meervoudig verdienmodel reduceert de afhankelijkheid van één inkomensbron en daarmee de kwetsbaarheid van de onderneming. Ook leveren MFL-ondernemingen (MFL: multifunctionele landbouw) een positieve bijdrage aan de leefbaarheid van en werkgelegenheid op het platteland. Bovendien versterkt het de band tussen boer en burger en tussen stad en platteland. Dit komt ten goede aan het draagvlak voor de gehele agrarische sector.’

Handreiking als spoorboekje

Om de knelpunten op te lossen wil Adema de ‘handreiking Ruimtelijke Ordening voor de MFL’ als handleiding inzetten. ‘Dit document leidt tot een efficiënter en eenduidiger besluitvormingsproces bij de vergunningsverlening. Als vervolg hierop wil ik in samenwerking met de LTO en de VNG bijeenkomsten aanbieden aan (potentiële) MFL-ondernemers en gemeenteambtenaren om deze handreiking bekendheid te geven. Deze bijeenkomsten zijn er om MFL te stimuleren, ‘best practices’ te delen van vergunningverlening aan MFL-neventakken en om gezamenlijk knelpunten in kaart te brengen.’