GLB 2024: minder coulance, diverse aanpassingen
Omdat in 2023 voor het eerst met het nieuwe GLB werd gewerkt, werd er vanuit de overheid enigszins soepel mee omgegaan. Ook de oorlog in Oekraïne – en het mogelijke tekort aan granen – noopte tot een coulanceregeling. Zo was het voor 2023 niet verplicht om 4 procent van het bouwland braak te laten liggen als het areaal grasland minder was dan 75 procent. „Maar voor komend jaar geldt die regel wel. Dan moet je daaraan voldoen om de basispremie van 220 euro per hectare te krijgen", waarschuwt Van Bergen.
Sloten en waterlopen
Die 4 procent niet-productief bouwland kan ook worden ingevuld met bosjes, poelen, sloten of bufferstroken. Iets wat voor komend jaar gaat veranderen, is de wegingsfactor van een waterloop als niet-productieve grond. „Die had een weegfactor van 2, maar dat wordt in 2024 weer 1", geeft hij aan. "Dus 1 hectare sloten telde dit jaar bij elkaar als 2 hectare, maar dat wordt dan weer 1 hectare." Wel kun je sloten voor een weegfactor van 2 laten meetellen als je er een beheerde akkerrand naast zaait. Bij de waterlopen komt er in 2024 nog een type bij: de droge sloot. Als die jaarrond droog is, hoef je er geen bufferstrook of bemestingsvrije zone bij te hanteren. „Maar: bij een sloot die alleen droogvalt tussen april en oktober moet dat weer wél", benadrukt de adviseur.
Per 1 februari wordt er door RVO ook een nieuwe kaartlaag voor de sloten ingelezen in het GLB-aangiftesysteem, die als het goed is beter overeenkomt met de werkelijkheid. „Maar daar verwachten we niet heel veel van, aangezien er in het veld niet op wordt gecontroleerd, voor zover we weten."
Sloten die eigendom zijn van het Waterschap, mochten het afgelopen jaar ook ingetekend worden door de aanvrager. Echter, ook deze coulanceregel verandert. In 2024 mag dat alleen als het Waterschap daarvoor toestemming geeft. „Als je geen toestemming krijgt, heeft dat weer invloed op het percentage niet-productieve grond", verklaart Stef.
Gewasrotatie op klei
Nog een coulanceregeling die vervalt, betreft de vrijstelling voor gewasrotatie op kleigrond met minder dan 75 procent grasland. Met ingang van 2024 moet in dat geval op een derde van de grond elk jaar een ander gewas of vanggewas worden geteeld. Daarnaast wordt de drempel om aan de basisvoorwaarden voor de eco-regelingen te voldoen, verhoogd van 4,5 naar 5 punten. „De instap naar brons, zilver of goud wordt komend jaar dus hoger."
Weidegang
Met name bij het punt Biodiversiteit kan dat voor melkveehouders nog lastig worden, verwacht de adviseur. "Veel boeren vulden dat in met verlengde weidegang van 900 uur. Dat telde als 1 punt per hectare. Maar voor komend jaar wordt die eis 1.500 uur, en dat gaan veel veehouders niet halen. Dan moeten ze nog extra stappen zetten om aan het punt voor biodiversiteit te komen." Te denken valt dan bijvoorbeeld aan een kruidenrijke bufferstrook.
Registratie
Ook komt er een nieuw programma voor het registreren van weidegang. „Het afgelopen jaar was de weidekalender van de melkfabriek voldoende, maar voor komend jaar geldt dat een externe partij dat moet gaan controleren", weet Van Bergen. Alleen is op dit moment nog niet bekend hoe dat gaat worden ingevuld, of welk programma daarvoor beschikbaar komt. Verder worden er drie nieuwe eco-activiteiten opgenomen in het GLB: precisiebemesting, precisiegewasbescherming en gewasfertigatie. „Echter: die activiteiten staan nogal vaag omschreven, en hoe ze geborgd moeten worden, is ook nog niet duidelijk."
Tekst: Gineke Mons
Gineke Mons (1970) groeide op op een biologisch melkveebedrijf in Gelderland. Na haar studie journalistiek werkte ze 13 jaar bij het Agrarisch Dagblad. Sinds 2008 is ze freelance (landbouw)journalist, met het accent op veehouderij en diergezondheid.
Beeld: Susan Rexwinkel
Bron: DLV Advies