LBV(+), of biedt onteigening meer perspectief?

Stel, de overheid ziet jouw bedrijfslocatie liever verdwijnen. Is het dan slim om mee te doen aan een LBV(+) regeling of kan je beter wachten op onteigening? „Bij een op termijn stoppende agrariër, zonder opvolging en die niet uitziet naar reconstructie kan een regeling zoals de LBV+ het overwegen waard zijn. In zo'n situatie is het verschil met een onteigeningsschadeloosstelling niet zo groot als bij een meer levensvatbaar bedrijf”, stelt advocaat Richard van Baalen van A&S advocaten. Van Baalen is één van de sprekers tijdens de thema-avond.

Onteigening

Ondanks dat onteigening een gevoelig thema is, schept het volgens Van Baalen in ieder geval voor duidelijkheid voor de toekomst. Ook al is die duidelijkheid onwenselijk. „Een ander voordeel is dat onteigening aanspraak geeft op volledige schadeloosstelling, zonder beroepsverbod en zonder staatssteunproblemen. Voor de overheid heeft onteigening overigens als nadeel dat ze wel onroerend goed, maar niet de natuurvergunning verwerft.”

Het intrekken van vergunningen wordt inmiddels ook genoemd als optie om stikstofdepositie te verminderen. Volgens Van Baalen kan dat niet zomaar. Er zal een procedure met bijbehorende besluitvorming aan vooraf moeten gaan. „Soms móet een overheid echter wel tot intrekking overgaan, als men de wet strikt wil toepassen. Het uitgangspunt is altijd dat een agrariër aan een verleende vergunning duurzaam rechten kan ontlenen, maar ook op dat uitgangspunt zijn er zoals bijna altijd uitzonderingen.”

Rekenvoorbeelden

Niek Doelman en Albert de Koning van makelaardij en taxateurs De Koning en Witzier zullen op de thema-avond de mogelijkheden en onmogelijkheden schetsen over de LBV(+) regeling en onteigening met volledige schadeloosstelling. Aan de hand van voorbeeldbedrijven brengen ze de verschillen tussen de twee 'opties' in beeld en geven aan voor welke ondernemer welke regeling het beste uitpakt. „Plat gezegd helpen we boeren met het inzicht hoe ze zoveel mogelijk euro’s uit de verschillende opties kunnen halen”, aldus Albert de Koning.

Nieuwkoopse Plassen

Melkveehouder Harrold Liebeton trapt de avond af. Hij kreeg zelf te maken met druk vanuit de overheid en burgers. Hij zat met zijn melkveebedrijf met 125 melkkoeien in Noorden (gemeente Nieuwkoop) klem. Zijn bedrijf lag precies 22 meter van de grens met Natura 2000-gebied de Nieuwkoopse Plassen. De voorkant van zijn ligboxenstal was tevens de grens van de bebouwde kom. „Wij hadden de vergunning voor het bouwen van een nieuwe stal al in huis, maar de burgers uit het dorp vonden dat het bedrijf uit zijn voegen groeide. Aan en afvoer van melk en vee ging via de bebouwde kom. En met mijn de trekker met sleepslangenbemester was ik zelfs nog wat breder dan wat die wegen aankonden. Ook de gemeente had liever dat ik zou verplaatsen”, aldus Liebeton.

De dreiging vanuit komende regelgeving voor de Nieuwkoopse Plassen was een nog belangrijkere factor om het bedrijf te verplaatsen. „Op mijn oude locatie zou ik piekbelaster zijn voor het veenmosrietland, dus ik wilde zelf ook graag verplaatsen. Alleen was het zoeken naar een locatie, want er is niet veel te koop.”

Het lukte Liebeton om vorig jaar zes kilometer verderop een nieuwe locatie aan te kopen. „Voor mijn bedrijf was vooral belangrijk om buiten de 2-kilometerzone terecht te komen rond Natura 2000-gebieden. Ik ga er vanuit dat dat de grens wordt voor extra belemmeringen.”