Hondenpension als neventak stuit op weerstand andere boeren en omwonenden in Utrecht

Ze vrezen overlast te gaan krijgen van het geblaf van de 68 honden die op het veebedrijf mogen zitten. „Het gebouw komt tegenover mijn weiland. Telkens als die honden blaffen schrikken mijn dieren", zei een van hen dinsdag bij de Raad van State.
Kritiek
Rundveehouder Kruiswijk loopt al jaren rond met plannen voor een hondenpension als neventak van zijn veebedrijf. In 2019 verleende het college van burgemeester en wethouders van Stichtse Vecht er een omgevingsvergunning. De rechtbank Midden-Nederland had daar flinke kritiek op. Zo ontbrak een verklaring van geen bedenkingen van de gemeenteraad van Stichtse Vecht. Toen dat gebrek was hersteld vond de rechtbank dat de vergunning door de beugel kon.
Maar daar denken de tegenstanders anders over. Dinsdag gingen ze in hoger beroep bij de Raad van State. De gemeenteraad was eerst tegen, zeggen ze. „Het college van B en W heeft de raad gemanipuleerd’’, zei omwonende N. Bos. Daar moet de Raad van State kritisch naar kijken, vindt hij. De omwonenden willen dat er een geluidonderzoek wordt gedaan naar het geblaf. Tot dusver is het te verwachten geluid berekend aan de hand van modellen maar dat vinden ze teveel theorie. Ze denken ook dat honden op een veebedrijf meer blaffen dan in een solitair pension omdat er koeiengeloei is en geluid van trekkers waarop ze kunnen aanslaan.
Geluidscherm
Kruiswijk stelt dat hij voldoet aan alle milieueisen. Er komt een tientallen meters lang geluidscherm van glas. De honden zitten met twee tegelijk in 32 hokken. Ze worden in groepen van maximaal twintig honden tegelijk buiten gelaten. Een woordvoerder van de gemeente reageerde gepikeerd op de beschuldiging van manipulatie. „Dit raakt niet alleen de raad en de bestuurders, maar het gehele gemeentelijke apparaat." Uitspraak van de Raad van State volgt.
Tekst: Adri Klinkenberg
Beeld: Susan Rexwinkel