Melkveehouder Oud Ade (ZH) krijgt toch sociale woningen nabij bedrijf

In een einduitspraak neemt de hoogste bestuursrechter vandaag zelf een verbeterde regeling voor de verplichte waterberging op. De andere fouten had de gemeente Kaag en Braassem zelf al gerepareerd. Want de Raad had het bouwplan een jaar geleden al teruggestuurd naar de gemeenteraad, omdat er meer fouten in het bestemmingsplan stonden.

Tegenvaller

De gemeente repareerde dat plan en nam afgelopen september een nieuw besluit. Dat is nu in orde bevonden, op de regeling voor de geplande waterberging na. Voor de enige bezwaarmaker, melkveehouder Albert van der Meer, is de einduitspraak toch een beetje een tegenvaller. De veehouder vindt nog steeds dat de woningen te dicht bij zijn bedrijf en agrarische percelen komen en hem in zijn bedrijfsvoering beperkt.

Volgens de Raad van State heeft de gemeente nu beter onderbouwd waarom een kleinere afstand van de woningen tot zijn agrarische perceel aanvaardbaar is en niet minimaal 50 meter hoeft te zijn. Immers, tussen de woningen en de melkveehouderij ligt Van der Meers bedrijfswoning en zijn tuin.

Uitbreiden

De Raad is het met de gemeente eens dat het zeer onwaarschijnlijk is dat de veehouder ooit in die richting wil uitbreiden. Veel logischer is het om het melkveebedrijf in oostelijke richting uit te breiden, verder van de woningen vandaan. En daar zal Van der Meer het mee moeten doen.