De Ronde Venen zat fout met geitenstop voor veehouder Abcoude

Dat heeft de Raad van State vandaag in een einduitspraak beslist. De hoogste bestuursrechter vindt het onvoldoende dat de Ronde Venen de uitbreiding van 1.000 naar 2.100 dieren louter en alleen vanwege mogelijke volksgezondheidsrisico’s uit voorzorg heeft afgewezen.

Belangen

De Raad vindt de gemeente met haar weigeringsbesluit veel te kort door de bocht is gescheerd. De Ronde Venen heeft op geen enkele wijze de belangen van geitenhouder Gerard Buts bij haar afweging betrokken, aldus de Raad in de uitspraak. Verder heeft De Ronde Venen geen onderzoek gedaan naar de vraag op welke afstand hoeveel mensen wonen, of werken en welk risico zij lopen op mogelijke luchtweginfecties door het uitbreidingsplan van Buts.

Alleen een verwijzing van een in 2017 door de provincie Utrecht opgelegde nieuwvestiging- en uitbreidingsstop voor geitenhouderijen is niet voldoende, meent het bestuursrechtscollege. Want dat besluit ziet vooral op ruimtelijke ordeningsprocedures, zoals bestemmingsplannen en bouwvergunningen. De vergunningsaanvraag van de Abcoudenaar zag alleen op de milieuaspecten. Buts beschikt immers al over een natuurwet(wnb)vergunning en de 1.100 extra geiten komen in de bestaande stal.

Meer onderzoek

De uitspraak betekent nog niet dat de geitenhouder onmiddellijk kan uitbreiden. Wel zal de gemeente opnieuw over de vergunningsaanvraag moeten beslissen en daarbij het nodige onderzoek moeten doen om vast te stellen of de volksgezondheid van omwonenden daadwerkelijk in het geding is, of niet. In het laatste geval kan de geitenhouder alsnog uitbreiden. Overigens doet het RIVM al jaren aanvullend onderzoek naar de gezondheidsrisico’s van geitenhouderijen nabij woningen, scholen en ziekenhuizen.

Uit eerder verkennend onderzoek bleek dat direct omwonenden van geitenhouderijen meer met longinfecties kampen dan vergelijkbare buren van rundvee, varkens en pluimveehouderijen. Overigens is nog altijd niet bekend wanneer het RIVM met een definitief onderzoek komt. Door de coronapandemie zat er weinig vaart achter en tijdens de rechtszaak over de geitenhouderij van afgelopen oktober zei een gemeentewoordvoerster niet verwachten dat het eindrapport over gezondheidsrisico’s van geitenhouderijen er voor 2024 zal liggen.