Schouten: 'Positief tegenover alternatief sectorplan nitraatrichtlijn'
Een groot deel van de Kamer, inclusief de coalitiepartijen, vroegen de minister om haar actieplan nitraatrichtlijn minder generiek en meer gebiedsgericht en bedrijfsspecifiek te maken. Zo vroeg Roelof Bisschop om de verplichting om vanggewassen voor 1 oktober in te zaaien enkel te laten gelden rond grondwaterbeschermingsgebieden, en vroeg Thom van Campen (VVD) om bufferstroken enkel voor te schrijven in gebieden waarin de waterkwaliteit daarom vraagt. Pieter Grinwis (CU) diende een motie in om klei- en veengebieden uit te sluiten van verplichte gewasrotatie, en Tjeerd de Groot vroeg om een apart spoor voor biologische landbouw. In totaal diende de Kamer vijfentwintig moties in voor aanpassing van het actieprogramma - al zaten daar ook kansloze moties bij zoals de vraag om het intrekken van de aanvraag voor derogatie (Leonie Vestering, PvdD) of om het mestbeleid niet verder te verzwaren (Edgar Mulder, PVV).
Sectorplan
Minister Schouten kon met veel van de moties instemmen. Ook met de motie van Derk Boswijk (CDA) om het actieplan van de sector mee te nemen in het uiteindelijke Zevende Actieprogramma Nitraatrichtlijn. Ze vertelde blij te zijn dat de sector actief meedenkt. „Maar op dit moment is het sectorplan nog niet zover uitgewerkt dat het kan worden meegenomen", stelde ze. „Er zijn nog vragen over handhaafbaarheid, uitvoerbaarheid en controleerbaarheid." Maar ze wil het graag samen met de sectorpartijen verder uitwerken.
Op de vraag of dat binnen twee weken kon gebeuren antwoordde de minister echter negatief. „Dat gaat niet lukken; er moeten nog veel vragen worden uitgewerkt."
Ze was ook positief over een voorstel om een commissie in te stellen die elk jaar advies gaat uitbrengen over een realistische verplichte inzaaidatum voor vanggewassen, in plaats van strak vast te houden aan één oktober.
De minister zal zo snel mogelijk een brief naar de Kamer sturen waarin ze vermeldt hoe ze de moties zal verwerken in het Zevende Actieprogramma.