Ook akkerbouw moet inleveren
‘Landbouw raakt zonder meer 10 procent van grond kwijt’
De ontwikkelrichtingen die Wageningen University & Research (WUR) presenteerde zijn: productiviteit gedreven bedrijfsvoering in combinatie met de voorgenomen duurzaamheidsdoelen, productiviteit gedreven bedrijfsvoering in combinatie met striktere duurzaamheidsdoelen, natuurinclusieve bedrijfsvoering in combinatie met de voorgenomen duurzaamheidsdoelen, en natuurinclusieve bedrijfsvoering in combinatie met striktere duurzaamheidsdoelen. WUR-onderzoeker en projectleider Bodem en Klimaat Jan Peter Lesschen vertelt dat deze studie ging om het schetsen van uitersten. Om die reden is een combinatie van de vier scenario’s het meest denkbaar. „Maar als je de maatschappelijke discussie ziet, lijkt het meer de kant van natuurinclusief met striktere duurzaamheidsdoelen op te gaan.”
Grondcrisis
Ongeacht welk scenario zal uitkomen, de landbouw zal zonder meer een aanzienlijke hoeveelheid grond moeten inleveren, stelt Lesschen. „Met de vraag en de druk van de energietransitie en de woningbouw is het aannemelijk dat minimaal 10 procent van de landbouwgrond verdwijnt tot 2050. Dat kan alleen maar oplopen als er ook grond in natuur en bos omgezet moet worden, en als er wordt voorgesorteerd op natuurinclusieve landbouw en grondgebondenheid. Dan heb je meer grond nodig om dezelfde productievolumes te behalen.”
Het dossier stikstof hijgt met name veehouders in de nek. Maar ook de akkerbouw is niet veilig. In alle vier scenario's is de verwachting dat de akkerbouw aan areaal moet inleveren, terwijl de vraag naar plantaardige producten groeit vanuit de maatschappij. „Die discussie hebben we ook gevoerd met de sector, maar in onze aannames is de melkveehouderij economisch concurrerender dan de akkerbouw. De trend naar meer plantaardige producten is er wel. Maar zolang daar niet extra voor betaald wordt, gaat de akkerbouw niet grootschaliger worden.”
Lees het complete artikel in de Agraaf, Stal&Akker, Vee&Gewas en Veldpost van zaterdag 5 juni