Utrecht ziet varkensstal bij melkveebedrijf als ‘omschakeling’
Utrecht gaf een zogenoemde reactieve aanwijzing aan de gemeente Woudenberg, nadat die een vergunning had verleend voor de bouw van een varkensstal voor het houden van biologische varkens.
Geen varkens
Volgens de gemeente past de vergunning naadloos in het bestemmingsplan, omdat de stal en drie silo’s geheel binnen het bouwvlak aan de Slappedel vallen. Een aantal omwonenden ziet de komst van de varkens niet zitten. „We hebben geen enkel probleem met meer koeien op het bedrijf, maar we willen geen varkens erbij", zei een omwonenden tijdens een rechtszaak in Den Haag.
De raadsman van de melkveehouderij Groot Nieuwenhuijzen zei tegen de hoogste bestuursrechter dat de varkenstak geheel ondergeschikt is aan de melkveetak, in een verhouding van 30/70. „Dat betekent dat het veebedrijf in hoofdzaak grondgebonden blijft en het bedrijf veruit het grootste deel van de omzet en winst uit de melkveehouderij haalt", aldus de raadsman van de veehouder.
Niet-grondgebonden
De woordvoerder van de provincie keek er iets aan anders tegen aan. „De provinciale verordening verbiedt nu eenmaal omschakeling van grond gebonden naar niet-grond gebonden. Dat betekent dat elke omschakeling verboden is", aldus de provinciewoordvoerder.
„Ook als het om één hobby- of scharrelvarken gaat?", vroeg rechter en staatsraad Bowine Meijer. Antwoord: „Nee, een paar hobbyvarkens, daar vallen we niet over. Maar zodra met die varkens een substantieel deel van het inkomen wordt verdient ziet Utrecht dat als een omschakeling naar een niet-grondgebonden bedrijf. Als we met verhoudingen hadden willen werken was dat wel in het beleid opgenomen. Maar we we werken niet met percentages van wel en niet toegelaten omschakeling. Elke omschakeling is uitgesloten."
De Raad van State gaat de voors en tegens nog eens op een rijtje zetten en doet binnen enkele weken uitspraak.
Tekst: Jan van Ommen
Beeld: Ellen Meinen