Vernatting leidt niet vanzelf tot minder broeikasgasuitstoot
Deze zomer maakt het IPV voor het eerst de balans op in de tussenrapportage ‘Een gewaagd initiatief’. De belangrijkste conclusie van het IPV: „doe niet te snel aannames, daarvoor is de complexiteit van het veenweidesysteem te groot. Zo leidt vernatting wel tot vermindering van CO2-uitstoot, waardoor de bodemdaling wordt geremd, maar kan ook de uitstoot van het sterkere broeikasgas methaan juist flink toenemen. Meer onderzoek is absoluut noodzakelijk,” vindt het IPV.
Moerasgas
„We meten nu een optimale balans tussen reductie van CO2-uitstoot én methaanuitstoot ongeveer op een grondwaterstand op 20 cm beneden maaiveld,” vertelt Roel van Gerwen, programmamanager van IPV. „En we merken in onze onderzoeken dat als de grondwaterstand nog verder verhoogd wordt, er moerasgas ontstaat. Dit moerasgas bestaat voornamelijk uit methaan wat nog schadelijker is dan CO2 dat vrijkomt bij het inklinken van veen. Daarnaast heb je te maken met waterkwaliteit. Gebruik je namelijk heel basisch water voor het vernatten, dan heeft dit ook invloed op de afbraak van veen. Het van nature zure veen heeft een hekel aan basisch water, waardoor het ondanks vernatten toch afbreekt.”
Het is volgens van Gerwen soms kiezen tussen twee kwaden. „Bij inklinking van veen komt CO2 vrij dat minder schadelijk is dan andere gassen maar wel langer blijft hangen. Ga je teveel vernatten dan ontstaat er methaan, dat schadelijker is dan CO2, maar wel sneller oplost in de atmosfeer. Boeren die met kwalitatief goed water draineren tot een grondwaterstand van 30 tot 40 cm beneden maaiveld kunnen hun uitstoot al flink reduceren en tegelijkertijd hun normale bedrijfsvoering voortzetten.”
Rekentool
Pilots zijn volgens IPV essentieel. „Gewoon doen en uitvinden wat op welke plek werkt en wat niet, ook als een methode zich nog niet honderd procent heeft bewezen. Dat nu drukdrains worden aangelegd in het programma Vitaal Platteland Laag-Holland is een uitstekend voorbeeld. Uitrollen levert de meeste kennis op.” Met de opgedane kennis uit het IPV en andere pilots wordt uiteindelijk een tool ontwikkeld waarmee boeren zelf bezig kunnen met het tegen gaan van bodemdaling. Van Gerwen: „De tool is gebaseerd op modelberekeningen gemaakt door de WUR met informatie uit onze experimenten. In de tool kunnen boeren straks zelf berekenen welke maatregelen het beste passen bij hun bedrijfsvoering. Daarnaast is het financiële plaatje meegenomen in de tool. Want het primaire doel van IPV is om te zoeken naar oplossingen waarmee we de landbouw kunnen behouden in het veenweidegebied.”
Experimenten
Het Innovatieprogramma Veen (IPV) is een vijfjarig innovatieprogramma (2017-2021) waarin agrarisch collectief Water, Land & Dijken en Landschap Noord-Holland onderzoek doen naar reductie van bodemdaling. Het doel is om bodemdaling met 90% te verminderen, met behoud van een perspectief voor de landbouw. De experimenten richten zich op twee sporen: veehouderij in combinatie met vernatting door drukdrains en natte teelten.