‘O-gen stopt en niemand wilde dat’
De kracht van O-gen zat volgens de Utrechtse veehouder in de samenwerking van veel regionale partijen: van landbouw tot natuur en van recreatie tot lokale besturen van 20 gemeenten in het grensgebied van Utrecht en Gelderland. „Voor die tijd zat elke club aan zijn eigen tafeltje voor de eigen parochie te praten, natuur, recreatie, boeren, noem maar op. Toen dat de gebiedscoöperatie O-gen werd, een soort vervolg van de vroegere reconstructiecommissie kun je zeggen, ging en moest je met elkaar in gesprek. Je komt dan niet verder als je alleen aan het eigen standpunt vasthoudt.”
Compromis verdedigen
Dat was best moeilijk, zeker in het begin, zo weet Van Donselaar. „Het wantrouwen onderling tussen natuur en landbouw was hier enorm. Vertrouwen moet je dan eerst met elkaar verdienen. Zeker in het begin wilde niemand iets weggeven om een compromis te bereiken. Natuurlijk komen er dan compromissen uit die je als boer liever anders had gezien. Je krijgt als landbouw nooit precies wat je had gewild. Wij boeren denken aan onze eigen belangen, terecht, maar er zijn altijd een heleboel belangen die spelen. Ik heb het vaak genoeg moeten uitleggen aan mijn eigen achterban. Die waren vaak kritisch maar snapten waarom we op zo’n compromis uitkwamen. Het grote voordeel van O-gen was, als je dan samen een compromis had bereikt, dat elke partij dit vervolgens bij de eigen achterban verdedigde. En kon het uitgevoerd worden.”
Lees verder in de aanstaande editie van Agraaf die op zaterdag 23 mei op de mat valt. Nog geen abonnee? Vraag een gratis proefnummer aan.
Tekst: Lauk Bouhuijzen
Beeld: Susan Rexwinkel