CDA Noord-Holland: Voorlopig nog niet extern salderen
Dat de door minister Carola Schouten van Landbouw, Natuur en Voedselkwalteit gestelde deadline van 1 juni in Noord-Holland niet haalbaar is om te starten met extern salderen, is vrijwel zeker voor Koning-Hoeve. „Dat is veel te snel. De provincie Noord-Holland is nog bezig met de gebiedsanalyses. In antwoord op vragen van het CDA heeft de Gedeputeerde aangegeven dat ze door de coronamaatregelen langer de tijd nodig heeft voor de gebiedsprocessen, het ophalen van alle gegevens en gesprekken met lokaal actieve partijen waaronder gemeenten, boeren en industrie. Het lijkt mij belangrijk dat die gegevens beschikbaar zijn voordat er beleid ontwikkeld kan worden.”
Want dat er een provinciaal beleid voor het extern salderen moet komen, is zeker. Zo bleek uit de brief van minister Schouten over het salderen. De provincies krijgen de regie, schreef de minister.
Stikstofbrief van Schouten
Net als honderden boeren en politici heeft ook Koning-Hoeve de brief van Schouten aandachtig doorgelezen. De thema's waarover Koning-Hoeve het met de minister eens is, zijn dat de opkoop van stikstofruimte uitsluitend vrijwillig moet plaatsvinden, dat de PAS-melders worden aangemerkt als legaal en dat de doelen van de Natura 2000-gebieden opnieuw geëvalueerd moeten worden op de haalbaarheid. „De kritische depositiewaarde op het Natura 2000-gebied Eilandspolder is bijvoorbeeld zo hoog, dat de kans groot is dat er alsnog teveel stikstofdepositie op dit gebied is als we alle boeren in de omgeving daar weghalen. Dan verspil je miljoenen euro's, haal je huis en haard weg van boerengezinnen en schiet je niks op. Via onze CDA Tweede Kamerfractie hebben we de minister ook gevraagd of zij specifiek naar dit gebied en de doelen wil kijken.” Verder prijst Koning-Hoeve het initiatief dat boeren een opleidingsaanbod krijgen op het terrein van stikstof.
Woningbouw
Echter, het Statenlid heeft ook haar vraagtekens bij de brief. „Ik had graag meer willen lezen over het toekomstperspectief voor bedrijven in alle sectoren. Dus ook voor de landbouw. Wat is het perspectief van de boeren die wel door willen? Wat is het toekomstperspectief voor jonge boeren? De uitwerking van het beleid mag niet alleen gaan over stoppers. Ook had ik graag meer gelezen over bedrijfsverplaatsing en het faciliteren daarvan. Stel, een jonge boer zit dichtbij een natuurgebied en wil graag op een andere plek in Nederland verder met zijn bedrijf. Of hij wil zijn grond behouden, maar een nieuw bedrijf bouwen verder weg van het N2000-gebied. Hoe zou dat geregeld en gefaciliteerd kunnen worden? Wat gebeurt er met het land van de bedrijven die opgekocht worden vanwege stikstofuitstoot? Zomogelijk moet dat ingezet worden voor andere agrarische bedrijven. In principe wordt er bij extern salderen 30 procent afgeroomd voor natuur, maar hoe gaat dat in zijn werk als de kopende partij dichter bij een Natura 2000 gebied zit, dan de verkopende partij? We moeten voorkomen dat er stikstof- en productieruimte afvloeien dus hier moeten goede regels voor worden opgesteld. En wat gebeurt er met oude gebouwen? Worden die gesloopt? Kan daar woningbouw komen, want er is grote woningbehoeft in in onze provincie. Wonen aan de rand van een N2000-gebied moet prachtig zijn. Daar hoor je ook niemand over. Natuurlijk wil je dat niet overal, maar je kan ook kijken zijn er plekken waar we dat wel willen?”
Drempelwaarde
En omdat de woningbouw volgens het CDA-Statenlid zoveel mogelijk doorgang moet vinden, is zij van mening dat zolang het extern salderen nog niet van kracht is, er alternatieve maatregelen genomen moeten worden. „Misschien kunnen we alvast een drempelwaarde invoeren zodat de kleine projecten wel door kunnen gaan en dat je ook echt de tijd kan nemen om een goed beleid omtrent extern salderen neer kan zetten. Alles stilleggen voor een jaar is ook geen optie. De woningbouw moet doorgaan. We moeten een manier vinden om dat te kunnen doen en het extern salderen nog even dicht te laten. Ik had ook gehoopt dat Schouten in haar brief meer in zou zetten op het realiseren van een dergelijke drempelwaarde. Dat is ook belangrijk voor de agrarische sector. Dan kunnen ontwikkelingen met een zeer geringe stikstofuitstoot doorgaan.Het is belangrijk dat we provinciaal gaan inzetten op een drempelwaarde.”
Ecologische voortoets
Een andere oplossing om het land voorlopig uit de impasse te halen zonder extern salderen prematuur het startschot te geven, is de ecologische voortoets. „Ontwikkelingen die geen impact hebben op een nabijgelegen stikstofgevoelig natuurgebied omdat de staat van instandhouding daar goed is, moeten gewoon door kunnen gaan. Die toets moet worden ingezet om op korte termijn om mogelijkheden te creëeren. Bijvoorbeeld bij Pallas in Petten is via een goede Ecologische Motivering een ontwikkeling op deze wijze mogelijk gemaakt. Daar worden medicijnen gemaakt voor kankerbestrijding. Dat bedrijf heeft via een ecologische voortoets wel de mogelijkheden gekregen om te bouwen. Die toetsen kunnen vaker worden benut. . Die flexibiliteit hebben we nu juist nodig.”
Gelijke monniken, gelijke kappen
Van de vele vragen die nog altijd om het begrip extern salderen heen draaien, is de belangrijkste volgens het Statenlid: Hoe voorkomen we dat er veel stikstof uit de landbouw wordt weggekocht door grote industriële bedrijven? „Er moeten voldoende randvoorwaarden en criteria worden opgesteld zodat het niet kan gebeuren dat Shell en dergelijk op de boerderijen springen. In de brief van Schouten staat wel een regel dat de opgekochte stikstofruimte binnen drie jaar gebruikt moet worden door de koper. Dus dat voorkomt speculatie. Maar of dat voldoende is, is de vraag. De provincie moet goedkeuring geven voor elke transactie. Dat moet ook bij Provinciale Staten liggen en niet alleen bij Gedeputeerde Staten. Maar hoe bepaal je prioriteit bij zo'n transactie? Als er ruimte vrijkomt, hoe verdeel je die? Je wil het liefst gelijke monniken, gelijke kappen dus de landbouw moet ook een deel van de vrijgekomen ruimte krijgen. En over gelijke monniken, gelijke kappen: het is zo krom dat een biomassacentrale in Diemen een vergunning heeft gekregen waardoor het meer stikstof mag uitstoten dan het ooit gedaan heeft. In Noord-Brabant is hetzelfde gebeurd. Die centrales mogen blijkbaar wel gebruik maken van de latente ruimte waar boeren dat niet mogen. Dat mag niet waar zijn. Het is aan alle sectoren om een bijdrage te leveren aan de stikstofreductie dus daarover heb ik ook Statenvragen ingediend.”
2030
Koning-Hoeve zegt dat het extern salderen moet aansluiten bij de gebiedsprocessen en dat het behouden van de ontwikkelruimte en het inzetten van die ontwikkelruimte binnen de eigen provincie cruciaal is. „Daarvoor moet je randvoorwaarden en criteria opstellen. Ik heb er nog geen zicht op hoe die er concreet uit moeten komen te zien. Daarom is het ook belangrijk dat extern salderen pas wordt opengesteld als alle regels en criteria wel helder zijn en als er een goed registratiesysteem is. Het budget en de maatregelen zijn aangekondigd voor de komende tien jaar, dus tot 2030. Laten we alles goed in de tijd plaatsen. Het hoeft niet morgen geregeld te zijn. Of voor 1 juni. Dat kan ook niet. Zorgvuldigheid is belangrijk, zowel op de korte als op de lange termijn.”