Kleine landschapselementen moeten landschap Utrecht verbeteren

‘De subsidie is bedoeld voor beheerders van agrarische grond die het landschap in het buitengebied mooier maken met kleine landschapselementen’, aldus provincie Utrecht. De provincie vormt samen met diverse Utrechtse gemeenten, agrarische collectieven, Landschap Erfgoed Utrecht en Utrechts particulier Grondbezit het platform KLE.
Gemeenten Lopik, Montfoort, Oudewater en IJsselstijn sluiten dit jaar samen met agrarische natuurvereniging Lopikerwaard aan bij het platform. Hierdoor komt er twee ton extra subsidie beschikbaar bovenop de half miljoen euro die vorig jaar beschikbaar werd gesteld.
Agrarische grond
Voorbeelden van KLE’s waarvoor subsidie aangevraagd kan worden zijn houtwallen, poelen, houtsingels, elzensingels, lanen, knotbomen, hoogstamboomgaarden en natuurvriendelijke oevers. De financiering en organisatie verloopt via agrarische collectieven. De subsidie voor KLE’s op agrarische grond wordt beschikbaar gesteld door de provincie. Gemeenten stellen subsidie beschikbaar voor KLE’s op niet-agrarische grond. Via het platform krijgen grondeigenaren hulp bij het ontwerp en de aanleg of het herstel van nieuwe elementen.
Pilot
Van 2017-2019 draaide er in de provincie een pilot met de aanleg van KLE’s. Er zijn toen in totaal 10 poelen, 155 laanbomen, 42 knotbomen, 6.700 vierkante meter houtwallen en bosjes en 1.120 meter heggen, elzensingels en natuurvriendelijke oevers aangelegd. Poelen herbergen kikkers, padden en salamanders. Kleine bosjes en houtwallen bieden beschutting aan zangvogels en luwte aan libellen en vlinders. In natuurvriendelijke slootkanten zijn opgroeiende visjes te vinden en de weidevogels vinden hier bescherming en voedsel.
Beeld: Ellen Meinen