Groei verhoogt levensduur

Bekend is dat een hogere groei van vaarskalveren in de eerste 6 maanden een hogere melkproductie oplevert. Het uierweefsel wordt al op jonge leeftijd gevormd, waarbij het weefsel relatief harder groeit dan de rest van het lijf. Echter, niet alleen in de melkperiode is een goede groei belangrijk, de periode daarna is evengoed essentieel.

Vanaf het spenen tot de leeftijd van 12 maanden groeit het uierweefsel 2 tot 4 keer harder dan de rest van het lichaam. Om het uierweefsel maximaal te kunnen laten groeien is ruim voer van goede kwaliteit belangrijk. Onderzoek laat zien dat kalveren van 3 tot 7 maanden, die meer dan 1100 gram per dag groeien, gemiddeld 400 kg hogere melkproductie in de eerste lactatie hebben. Het verschil tussen maximale en minimale groei in die periode zorgde zelfs voor een verschil van 1200 kg melk in de eerste lactatie.

Het is belangrijk dat vaarzen een oude koe worden. Daarom is een goed ontwikkelde vaars belangrijk. Een goed ontwikkelde vaars weegt ongeveer 80-85% van het volwassen gewicht van een dier in 4e of 5e lactatie. Als een vaars dit gewicht met afkalven niet haalt, gaat dit ten koste van het kalf, de vaars en de melk. Het kalf omdat ze voedingsstoffen tekort is gekomen, de vaars omdat het nog niet uitontwikkeld is om melkkoe te worden en de melk omdat de vaars nog behoorlijk wat moet groeien en deze energie niet in de melk stopt.

Een vaars die te vet is rond afkalven geeft problemen. Vervetting bemoeilijkt het afkalfproces en zorgt voor een hoger risico op een negatieve energiebalans en leververvetting. Vervetting heeft een negatieve invloed op het uierweefsel. Wat optimaal is verschilt per bedrijf. Zo mobiliseren Holstein koeien sneller lichaamsvet dan meer vlees typische rassen. Een Holstein koe spreekt eerder zijn vetreserves aan met alle voor- en nadelen van dien. Een Holstein koe moet in de transitieperiode meer energie opnemen om conditie verlies te beperken. Een meer bevleesd ras heeft door de rustigere start dit probleem minder. Deze koeien ‘pieken’ minder en spreken hun eigen reserves minder aan.
Dit laat maar weer zien, elk bedrijf vraagt maatwerk!