Vervuild oppervlaktewater Westdijk vormt beperkt risico vee
In het poldergebied gelegen achter de met thermisch gereinigde grond (TGG) opgehoogde dijk te Bunschoten is sprake van verhoogde concentraties aan met name zouten in grond- en oppervlaktewater in de teensloot achter de dijk en, in mindere mate, in de sloten in het achterliggende poldergebied. Concentraties in het slootwater zijn met name hoog in de winterperiode en overschrijden dan voor chloride, ammonium en sulfaat de advieswaarden voor veedrenking en gewasgroei (gras).
Effectieve maatregelen
De maatregelen die het waterschap heeft genomen blijken volgens de onderzoekers van RIVM en (WEnR) effectief te zijn om de situatie beheersbaar te houden. Het waterschap neemt op dit moment dan ook geen extra maatregelen en blijft de situatie nauwlettend monitoren. In de tussentijd wordt doorgewerkt aan het uitvoeren van het besluit van het algemeen bestuur van 4 juli 2018; het volledig ontgraven en vervangen van de TGG. Eerder dit jaar vroeg waterschap Vallei en Veluwe het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) om advies over de effecten op de omgeving van de met TGG versterkte Westdijk.
Geen beperkingen
Aanvullende metingen van de bodemkwaliteit van met baggerspecie behandelde percelen laten een beperkte invloed zien van het opbrengen van bagger op de concentraties van stoffen in de bodem. Een toename van de concentratie is beperkt gemeten voor zouten en niet of veel minder voor niet-mobiele stoffen (onder andere metalen). Voor de metalen geldt dat de samenstelling van de bagger zodanig is dat er volgens de huidige wetgeving geen beperking geldt voor het opbrengen op de kant. Echter voor chloride en sulfaat moet de zorgplicht worden aangehouden. Risico’s voor weidevogels lijken beperkt, gezien de geringe invloed van de waterkwaliteit op de gebiedsgemiddelde omgevingskwaliteit.
Zoutvorming
Lokaal zijn de bodemcondities zodanig dat effecten op bodemfauna en gewasgroei aannemelijk of reëel zijn, zeker bij de plekken waar zoutvorming is opgetreden. Deze effecten zijn echter vooralsnog beperkt tot kleine gebieden. Afdammen van de sloten grenzend aan de teensloot lijkt niet afdoende om de intrusie van zout te voorkomen, zoals blijkt uit de eenmalige monitoring van de concentraties aan zouten in een aantal afgedamde sloten. Korte-termijn-aanbevelingen zijn o.a. het continueren van het doorspoelen van de sloten, het niet gebruiken van het water uit de teensloot voor drinkwater (vee), het monitoren van het geleidingsvermogen in de afgedamde sloten gedurende het seizoen dat de percelen beweid worden en een aangepast baggerbeheer in verband met chloride en sulfaat.
Tekst: Reinout Burgers
Al bijna 25 jaar volg en schrijf ik als journalist onder meer over de varkenshouderij en pluimveehouderij. Twee uiterst boeiende en dynamische sectoren met veel gepassioneerde ondernemers.
Bronnen: Waterschap Vallei, Veluwe