Provincie Zuid-Holland gaat bermen minder vaak maaien voor behoud insecten

Het ecologisch bermbeheer maakt onderdeel uit van het project ‘De berm komt tot bloei’ en heeft als doel om een bloemrijke en gezonde berm te creëren zodat deze als leefgebied voor insecten kan dienen. Volgens de provincie ondervinden boeren mogelijk overlast doordat zaden van ongewenste plantensoorten het land kunnen opwaaien. Deze ongewenste plantensoorten zijn distels, jacobskruiskruid, de reuzenberenklauw, groot hoefblad en Japanse duizendknoop. Daarnaast kunnen deze plantensoorten onderdak bieden aan ongewenste insecten, aldus de provincie. Een voorbeeld van ongewenste insecten zijn tripsen.

De provincie maakt voor iedere provinciale weg een maaitekening waarop te zien is hoe vaak de berm wordt gemaaid. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen een, twee, drie of vier keer maaien per jaar. Er wordt rekening gehouden met de verkeersveiligheid: rotondes en zichthoeken worden vaker gemaaid zodat de verkeersveiligheid gewaarborgd kan worden.

Maaimethode

De bermen worden gemaaid met lichte en kleine machines of zwaardere machines met extra-lage drukbanden. Bij voorkeur wordt er een schotelmaaier en een opraapwagen gebruikt, stelt de provincie. Waar eerder het maaiafval bleef liggen, wordt het afval nu na een paar dagen opgehaald. ‘Om planten een kans te geven, moet de bodem eerst verschralen. Het is voor ecologisch bermbeheer daarom belangrijk dat we het maaiafval meenemen’, stelt de provincie.

Slootkanten

Bij ecologisch bermbeheer komen de bermen hoger te staan dan normaal. Omdat de waterschappen en hoogheemraadschappen in de provincie hun werkzaamheden omtrent slootonderhoud wel moeten kunnen uitvoeren, worden de slootkanten voorafgaand aan het onderhoud kort gemaaid. ‘Zo kan het onderhoud aan sloten ongestoord doorgaan’, aldus provincie Zuid-Holland. Verder stelt de provincie dat zij graag in contact komt met de waterschappen en hoogheemraadschappen over ecologisch bermbeheer en het ecologisch beheren van slootkanten.