Boeren Alblasserwaard massaal bezig met weidevogelbeheer: ‘Zit in de genen’
De Jong noemt de Zuid-Hollandse boeren de grondleggers van het agrarisch natuurbeheer. Als tegenreactie op ruilverkavelingsproject om landbouwgrond om te vormen in natuurgrond, werd natuur- en landschapsvereniging Den Hâneker in 1994 in het leven geroepen. In het kader van die ruilverkaveling moesten de boeren bos inplanten. „Maar een groepje boeren toentertijd keken elkaar kritisch aan en stelden dat zij veel meer konden doen voor de lokale natuur.“
Deze boeren gaven de voorkeur om agrarisch natuurbeheer te integreren in de bedrijfsvoering in de vorm van maaibeheer, bemesting en kruidenrijk grasland. „En nu zien we dus een tweede generatie volop aan de slag met dit geïntegreerde beheer. Het zit nu echt in onze genen.”
ʻBuitensporig goedʼ
Naar eigen zeggen behaalt het collectief statistisch gezien „buitensporig goede resultaten” in het beheren van weidevogels. Beter dan de overheid, knipoogt De Jong richting de provincie. Ter illustratie haalt De Jong aan dat Alblasserwaard nu 103 plasdrasgebieden kent in plaats van de magere vier die er voor de komst van het collectief in 2015 waren.
De provincie Zuid-Holland telt ongeveer 26.000 ha cultuurgrond waarvan er ruim 5.000 ha agrarisch beheerd worden door meer dan 250 deelnemers. Daar is De Jong erg trots op. „De boeren in de Alblasserwaard vinden iets van hun omgeving. Die gaan met elkaar in discussie bij elkaar en kijken rondom het erf. Dat is beter dan het uitrollen van beleidskaders. Wij staan dichterbij, zien wanneer er wat verandert en kunnen veel beter reageren daarop. Maar betekent dat dat wij alles goed doen? Nee.”
Broedparen
Eén van die verbeterpunten is het rekenen in broedparen. Wanneer er weidevogels worden geteld of er worden trends voorspeld, gebruikt het collectief broedparen. Niet handig, stelt De Jong. „Het is nog maar de vraag of die broedparen ook daadwerkelijk eieren leggen. En of de jongen de kuikenfase überhaupt overleven en weer deel uit kan maken van een nieuw ouderpaar. Daar houdt het tellen in broedparen geen rekening mee.”
Alarmerend
Ondanks de initiatieven van de weidevogelbeherende boeren stelt de voorzitter dat ook in Zuid-Holland een alarmerende trend zichtbaar is. In het actieplan Boerenplanvogels Zuid-Holland 2019-2027 staat te lezen dat het aantal grutto’s tussen 1990 en 2014 met 58 procent is afgenomen. Voor de scholekster gaat het hier om een percentage van 68 procent.
Op verzoek van de provincie heeft Wageningen University and Research en Sovon een onderzoek uitgevoerd. Conclusie: ʻHet huidige beleid is ontoereikend om de achteruitgang van de weidevogels te stoppen; voor een duurzame en stabiele weidevogelstand zijn meer maatregelen nodig. Bij continuering van het huidige beheer met de huidige inrichting zal de populatieomvang verder dalen, waarbij de grutto op termijn zelfs mogelijk verdwijnt uit Nederland.ʼ Volgens het actieplan en het onderzoek moet er wel een verbetering mogelijk zijn bij de optimalisatie van het beheer en inrichting van landbouw- en natuurgebied.
Doel
Dat is precies het doel van Collectief Alblasserwaard Vijfheerenlanden. Concreet geformuleerd streven De Jong en collectiefgenoten naar het stoppen van de afname gruttoparen in 2022 en in 2027 zelfs een stijging van 5 procent in die gruttoparen. Daarvoor blijft het collectief zich hard maken voor natte condities en voldoende voedsel voor de weidevogels. Wat zich laat vertalen in plasdrasgebieden, kruidenrijk grasland en aangepast maai- en mestbeheer.
De Jong spreekt zijn vertrouwen uit. „Hebben we die dalende trends al gekeerd met ons beheer? Ook niet. Maar met dit collectief en de steun van de boeren en de provincie hebben we wel een structuur en een plan te pakken hoe we die trend kunnen keren en onze doelen kunnen behalen.”