Bezwaren tegen veehouderij Schelluinen afgewezen

De voorschriften die door de toenmalige gemeente Giessenlanden (inmiddels sinds 1 januari onderdeel van de gefuseerde gemeente Molenlanden) bij een uitbreiding van de stal in 2013 de maatschap had opgelegd zouden daarom onvoldoende zijn. In maart vorig jaar wees de rechtbank Rotterdam de bezwaren van de omwonenden ook al af.

Volgens de Raad van State is er namelijk geen enkele aanleiding om te twijfelen aan de conclusies van een opgesteld akoestische rapport en de door de veehouder op basis daarvan al genomen maatregelen zoals de aanleg van een geluidswal. Bovendien gaat het hier om een normale veehouderij, zo concludeert de Raad van State in de deze week gepubliceerde uitspraak.

Maatwerkvoorschriften

Tijdens de behandeling in Rotterdam vorig jaar stelden de omwonenden ook dat de nieuwe stal in strijd met de regels dichter dan 50 meter bij een woning staat. De Rotterdamse bestuursrechter vond dat dit argument in de rechtsgang te laat opgevoerd was om nog behandeld te kunnen worden.

De Raad van State is het daar mee eens. Bovendien draaide het in deze zaak om zogenaamde maatwerkvoorschriften die door Burgemeester en wethouders van de (toenmalige) gemeente Giessenlanden aan de maatschap waren opgelegd. Omwonenden kunnen wel apart een handhavingsverzoek indienen over die afstand tot de stal maar dat staat verder los van deze zaak.

Boze buurtbewoner

De problemen dateren al uit het jaar 2013 toen de maatschap Kruis de veehouderij aan de Nolweg uitbreidde, dit tot grote boosheid van buurtbewoner Frank van Roermund. Hij bestookte daarna de toenmalige gemeente Giessenlanden met tientallen brieven en e-mails. In de gemeenteraad leidde dat twee jaar geleden tot enige opschudding toen bleek dat ambtenaren bij elkaar zo’n 2,5 tot 3 dagen in de week bezig waren met het behandelen van die brieven en e-mails. Toenmalig wethouder Jan de Groot vond destijds dat hij ‘tot dit dossier veroordeeld was’.

Van Roermund zelf heeft altijd gesteld dat hij niets tegen een staluitbreiding had maar wel tegen de overlast die dat volgens hem veroorzaakt. Hij zou ook namens andere omwonenden in actie zijn gekomen. De gemeente Giessenlanden heeft altijd gesteld dat zij zich niet herkent in de situatie die de boze buurtbewoner schetst. Van de Raad van State komt die ook niet in aanmerking voor vergoeding van de proceskosten.