Uienexport over het algemeen flauw
Vergelijkbaar met 2016
Tot en met week 39 is er nu 254.166 ton aan uien van de oogst 2017 aan buitenlandse afnemers verkocht. Dat volume ligt op een vergelijkbaar niveau met dat van vorig jaar (254.572 ton), maar fors hoger dan het totale exportvolume in dezelfde week in 2015 (227.061 ton).
In totaal namen in de eerste elf weken van dit seizoen 109 landen meer of minder aan Nederlandse uien af. De grootste afnemers in deze periode waren Senegal (62.828 ton), Ivoorkust (34.895 ton), Groot-Brittannië (19.920 ton), Guinee (15.388 ton), Mauritanië (12.606 ton), Mali (11.501 ton) en Maleisië (8.776 ton). De export naar Senegal, Ivoorkust en Guinee is aanzienlijk meer dan medio oktober vorig jaar, terwijl die naar Groot-Brittannië en Maleisië duidelijk minder is.
Flauwe handel
Senegal, dat vorige week nog 6.544 ton uien afnam, liet in week 39 minder dan de helft aan Nederlandse uien komen (2.909 ton). Ook Ivoorkust, een andere grootafnemer, nam met 3.352 ton fors minder af dan in de voorgaande week (4.873 ton). Hetzelfde geldt voor Indonesië (van 2.156 naar 1.942 ton), Maleisië (van 2.126 naar 1.626 ton) en Groot-Brittannië (van 1.529 naar 1.376 ton). De grootste afzet gaat als in andere jaren naar landen in Afrika, Zuidoost-Azië, midden-Amerika en het Caribisch gebied. In Europa neemt alleen Groot-Brittannië veel Nederlandse uien af. Daarna volgens Duitsland, België, Frankrijk en Ierland.
De enige stijger onder de topafnemers was Mali: tegen 1.098 ton in week 38 stond 1.534 ton in de recente week. Andere landen die afgelopen week beduidend meer afnamen waren Siera Leone (van 433 naar 586 ton), Filipijnen (van 288 naar 571 ton), Brazilië (van 173 naar 522 ton), Panama (van 29 naar 349 ton) en Liberia (van 206 naar 259 ton).
Tekst: Henny Lenkens
Beeld: Fotoarchief Akkerwijzer