Bioregio Zuid-Holland: Verbinding tussen boer en burger


Dit Topartikel wordt u gratis aangeboden door Ekoland. Drie maanden gratis Ekoland lezen in print en online? Klik hier. Blijf op de hoogte via de gratis nieuwsbrief.
Kansen in de bioregio
Een belangrijk aspect van de Bioregio is het versterken van samenwerkingsverbanden tussen verschillende partijen in de keten. Een kwartiermaker speelt hierin een essentiële rol door boeren, handelaren, supermarkten en consumenten te verbinden en nieuwe initiatieven op te zetten.
Wilde, voormalig directeur van Bionext vertelt: „Wat we in deze provincie zien, is dat veel boeren en ondernemers al bezig zijn met biologische productie, maar dat er nog volop mogelijkheden zijn om met elkaar én de afzetmarkt te verbinden. Ons doel is om die verbindingen te versterken en te zorgen dat het biologische aanbod lokaal beter benut wordt."
Zuid-Holland is een unieke provincie: hoewel het dichtbevolkt is, heeft het tegelijkertijd een actieve agrarische sector. „We hebben hier veel mooie biologische boeren en handelaren, evenals een goed functionerende logistiek. Toch kan er beter en slimmer worden samengewerkt”, zegt Wilde.
Bestaande initiatieven en groeikansen
Van Boxtel, die al twintig jaar werkzaam is in de biosector als adviseur, ziet nog geen overkoepelend samenwerkingsverband tussen de biologische boeren in Zuid-Holland, maar benadrukt dat succesvolle biologische bedrijven al aan stedelijke gebieden leveren. „Er zijn boerderijwinkels en biowinkels die goed draaien en leveren in de steden. Er zijn regionale netwerken, zoals de Groene Hart coöperatie en Rotterdam de boer op, en er is ruimte voor meer samenwerking om de afzet te vergroten. Bovendien willen we de successen van enkele pioniers delen en uitbreiden, zodat meer boeren en ondernemers ervan kunnen profiteren."
Saat, die als winkelier in Rotterdam en voorzitter van de biowinkelvereniging een uitstekend netwerk heeft, focust zich op het beter in kaart brengen van het aanbod in de regio. „We willen inzicht krijgen in waar biologische producten worden verkocht, wat er wordt gedaan om de afzet te stimuleren en hoe we de afzet kunnen verbeteren. Succesvolle voorbeelden kunnen we kopiëren naar andere delen van Zuid-Holland."
„We willen dat eten uit de regio ook in de regio blijft", zegt Van Boxtel. „De korte keten moet versterkt worden, zodat we minder afhankelijk zijn van lange, complexe handelsroutes." Wilde wijst op initiatieven zoals ‘Fietsen voor je eten’. „We willen de zichtbaarheid van boeren in winkels vergroten en samenwerking met cateraars stimuleren, bijvoorbeeld door stedelingen op de fiets boeren in de omgeving te laten leren kennen en lokaal voedsel te ontdekken."
Saat benadrukt ook het belang van samenwerking met cateraars en bedrijven om biologisch beter op te nemen in bedrijfskantines en bij andere grootverbruikers. Wilde merkt op dat enkele grote cateraars in de regio openstaan voor samenwerking. „Als we die grootverbruikers en met name hun klanten kunnen overtuigen om biologische producten uit de regio in hun aanbod op te nemen, dan zetten we een flinke stap."
Uitdagingen en bestuurlijke steun
Bestuurlijk gezien ligt er een uitdaging in de aansluiting bij overheidsplannen. „Biologisch is een spannend woord voor bestuurders," zegt Wilde. „Ze zien de voordelen, maar we moeten de juiste taal spreken om beleid te beïnvloeden." Een positieve ontwikkeling is de ambitie van de Rijksoverheid om 25 procent van de ingekochte producten in hun bedrijfskantines biologisch te laten zijn. „De handtekening van de minister moet nog komen, maar dit kan een grote impuls geven aan de biologische sector."
Een veelgehoorde misvatting is dat biologisch voedsel duur en elitair is. „Rotterdam kent veel armoede en gezondheidsproblemen, zoals obesitas. We moeten laten zien dat biologisch voor iedereen toegankelijk kan zijn," zegt Van Boxtel. „Initiatieven zoals buurtmaaltijden in Den Haag tonen aan dat er al biologische producten beschikbaar zijn voor mensen met een lager inkomen."
Blik op de toekomst
Naast de huidige focus wordt er nagedacht over verdere uitbreiding van de Bioregio. „We willen zoveel mogelijk impact en zichtbaarheid creëren", zegt Wilde. „Op termijn kunnen we bijvoorbeeld kijken naar onderwijs en schoolkantines, maar nu richten we ons eerst op de meest kansrijke en impactvolle projecten."
Volgens Van Boxtel draait het uiteindelijk om het bedrijfsleven en de boeren zelf. „Onze ambitie is om een systeem te creëren dat zichzelf in stand houdt, met enige financiële ondersteuning van de overheid. Als we dit goed doen, kunnen we een sterke Bioregio neerzetten die als voorbeeld dient voor de rest van Nederland."
Saat sluit af: „We willen boeren in beweging brengen. Het is momenteel niet per se leuk voor boeren door veranderingen en eisen in wetgeving, maar het moet weer leuk, sociaal en verbindend worden. Het samenbrengen van boeren en consumenten, en boeren zichtbaarder maken in biowinkels: een Bioregio leent zich hier goed voor. We zien voor ons dat dit een mooie wisselwerking kan worden."
Ideeën welkom
Ben je ondernemer in Zuid-Holland en heb je plannen voor het versterken van de regionale afzet van biologische producten? Neem contact op met de kwartiermakers.
Tekst: Lotte Opdam
Beeld: Gimsel Rotterdam, Dick Boschloo, Michael Wilde