HHNK controleert boeren op erfafspoeling

Erfafspoeling kan optreden wanneer er onbedoeld resten van mest en veevoer op het erf achterblijven. Bij een forse regenbui kunnen deze stoffen in de sloot spoelen, wat de waterkwaliteit verstoort. Ook de afvoer van afvalwater van nevenactiviteiten moet zorgvuldig gebeuren.
De toezichthouders kijken samen met de veehouder bijvoorbeeld hoe de veevoederopslag goed af te dekken en hoe het erf het beste kan worden schoongehouden. Ook checken ze hoe de lozing van het melkspoelwater is geregeld en of de opslag van mest en veevoer op de juiste manier is ingericht. Daarnaast zien de toezichthouders erop toe dat bij het uitrijden van mest de juiste mestvrije zone wordt gehanteerd, gemeten vanaf de insteek van het talud van de sloot. Een ander controlepunt is de afvoer van het afvalwater van nevenactiviteiten zoals een kleine camping of een kaasmakerij.
Vanuit het Besluit activiteiten leefomgeving van het Rijk mogen veehouders geen perssappen afkomstig van veevoer, (drijf)mest of vervuild hemelwater lozen op het oppervlaktewater. Stoffen die vanuit mest en veevoer in het oppervlaktewater terechtkomen kunnen een forse groei van algen en waterplanten tot gevolg hebben. Dit gaat ten koste van vissen en planten, en het belemmert de doorstroming van sloten wanneer overtollig water moet worden afgevoerd.
In het gebied van HHNK zitten ongeveer 330 veehouderijen.