Minder nachtvlinders op boerenbedrijven door natte en koude zomer
150 boeren in Nederland monitoren al vijf jaar hoeveel nachtvlinders er op hun bedrijf voorkomen. Die gegevens worden verzameld via het programma Boeren InsectenMonitoring Agrarisch Gebied (BIMAG). Dit jaar werden er bijna 24.000 nachtvlinders gevonden door boeren en tuinders, waarvan 408 verschillende soorten. Hiervoor hebben de deelnemers in totaal 3806 nachten drie speciale vangemmers geplaatst op hun bedrijf. Deze aantallen zijn hiermee lager dan gebruikelijk. Zo werden er in 2023 27.600 exemplaren gevonden.
Vooral juni en augustus
‘Vooral in juni en augustus zijn er veel minder vlinders gezien ten opzichte van voorgaande jaren’, licht Rik Wever van de Vlinderstichting toe. ‘Dat is niet iets wat we alleen zien op het boerenland, maar ook in de rest van Nederland. Eén duidelijke oorzaak is lastig aan te wijzen, maar deze natte en koude zomer is zeker een belangrijke verklaring.’
Maatregelen boeren werken
‘Biodiversiteit is goed voor zowel de agrarische sector als natuur’, vindt LTO Noord-bestuurder Jeroen van Wijk, die zelf ook BIMAG-deelnemer is. ‘Biodiversiteit zorgt immers voor vruchtbare bodems, weerbare gewassen en gezonde dieren. Veel boeren nemen daarom maatregelen om biodiversiteit te bevorderen.’
En dat helpt, blijkt uit de onderzoeksresultaten van BIMAG. Zo worden er in bloemrijke akkerranden, in weilanden met veel kruiden of langs houtwallen meer nachtvlinders geteld dan op normaal beheerde percelen.
Nieuwe tellers welkom
Om de (nacht)vlinderstand goed te kunnen volgen is langjarig onderzoek nodig. Sinds 2019 hebben de Vlinderstichting, BoerenNatuur en LTO Noord daarom de handen ineengeslagen om tot 2027 samen met 150 enthousiaste boeren de vlinderstand te monitoren. Dagelijks delen ze hun ervaringen en mooiste vondsten, zoals de zeer zeldzame moerasplantenboorder die door een van de deelnemers werd gevonden.
Dit jaar is er nog plaats voor een aantal nieuwe deelnemers. Boeren die benieuwd zijn welke wereld er schuilgaat achter hun erf en perceel en willen bijdragen aan onderzoek op het platteland kunnen zich tot 1 maart aanmelden. Klik daarvoor hier.
Tekst: Erik Kruisselbrink
Is als freelance vakbladredacteur van vele markten thuis.
Beeld: Ruth van Schriek