Column: Trekt rechter of minister de vergunningverlening vlot?
De Raad van State kwam in december 2024 met een flinke aanscherping van de vergunningverlening, door intern salderen grotendeels ook vergunningplichtig te maken. In het kort komt het erop neer dat als je je stal wilt renoveren of nieuw wilt gaan bouwen, er bijna altijd sprake is van een vergunningplicht.
Tot 18 december 2024 kon je in de ‘voortoets’ een vergelijking maken tussen de huidige en de gewenste stikstofdepositie, en tot de conclusie komen dat de wijziging vergunningvrij was. Nu mag je in de voortoets alleen maar kijken naar wat het effect is van de beoogde situatie. Je moet de beoogde situatie qua stal en dieraantallen in Aerius invoeren. Komt de berekening dan ergens boven nul uit, dan ben je vergunningplichtig. Is het nul, dus berekent Aerius nergens stikstofdepositie, dan is er geen nieuwe vergunning nodig. Dat is een zeldzaamheid.
Terugwerkende kracht
In de oude situatie mocht je bij de berekening in Aerius de vergunde ruimte invoeren als huidige situatie. Maar, zegt Raad van State nu, dat had (met de wetenschap van nu) niet gemogen. Dus met terugwerkende kracht geldt de strengere interpretatie nu al vanaf 2020. De Raad van State stelt hier wel een overgangsperiode voor in tot 2030, omdat het tijd vraagt om die nieuwe vergunningen te verkrijgen. Lukt het niet vóór 2030, dan ben je als ondernemer in feite illegaal bezig, net zoals dat gebeurde bij de PAS-melders.
Meer provinciale vrijheid
Het is aan het begin van het nieuwe jaar geen geweldig vooruitzicht. En waar provincies bij extern salderen al beleid konden ontwikkelen om stikstofruimte ten goede te laten komen aan de natuur, kan dat op basis van deze uitspraken nu ook bij intern salderen. De provincie Gelderland bijvoorbeeld had voor extern salderen tot 1 juli 2024 een afroming van 30 procent, maar verhoogde dat naar 65 procent. Nu ga ik er niet van uit dat dit soort hoge percentages ook door provincies ingesteld gaat worden voor intern salderen, omdat het bestaansrecht voor bedrijven dan wegvalt. Maar de rechter heeft wel ruimte gegeven om er beleid op te voeren. Hoe provincies daarmee omgaan, is nog niet duidelijk.
Twee oplossingen
In de dagelijkse praktijk betekent deze uitspraak dat er minder mogelijkheden zijn voor bedrijfsontwikkeling, de kosten ervan toenemen, en de overbelaste adviesbureaus nog meer werk krijgen. Die kunnen het werk nu al niet aan. Het loopt dus steeds verder vast. Ik zie nog twee oplossingen om hier uit te komen.
De eerste is dat de regering met aanpassingen in de wetgeving komt. Er liggen voorstellen genoeg om de wetgeving aan te passen, maar dan is er wel lef nodig om door de huidige denklijn heen te breken. Het lijkt wel alsof ook de BBB-bewindslieden bedwelmd zijn door die Haagse denklijn. Er ligt een initiatiefwet, er ligt een voorstel om een rekenkundige ondergrens in te voeren, en er liggen voorstellen voor significantiestroken rondom stikstofgevoelige habitattypen. Pak als ministers gewoon iets op, werk dat goed uit en kijk of het dan lukt. Geen commissies instellen en zaken op de lange baan schuiven. Gewoon lef tonen.
Bodemprocedure pluimveehouder
De andere optie loopt via de rechter. De Raad van State zei op 18 december het volgende: „Het natuurbeschermingsrecht eist dat eerst wordt onderzocht of de uitbreiding of wijziging van een bedrijf significante gevolgen heeft voor beschermde natuurgebieden.” Het draait in deze zin om het woord significante. Veel juristen, politici en de natuur- en milieubeweging leggen dit uit in de vorm dat er geen extra stikstofdepositie bij mag. Maar het woord betekent natuurlijk iets anders. Van Dale zegt: ‘statistisch niet aan toeval toe te schrijven en dus betekenisvol’. Het is al langer bekend dat de berekeningen die Aerius maakt statistisch gezien veel te gedetailleerd zijn. Tot nu toe is dit nooit ingebracht in een rechtszaak, waardoor een rechtbank er ook geen oordeel over hoefde te vellen. Maar in Brabant is er bij een pluimveehouder inmiddels een bodemprocedure gestart waar dit wel naar voren gaat komen.
Of de oplossing uit de politiek of van de rechtbank komt, maakt niet uit. Ik zie in ieder geval nog mogelijkheden aan het begin van het nieuwe jaar.