‘Kortlopende pacht nadelig op drie gebieden’
Vijn heeft geprobeerd de bodemvruchtbaarheid en de bodemstructuur op een pachtperceel te verbeteren door groenbemesters in te zaaien, tarwestro te verhakselen en GFT aan de bodem toe te dienen. „Voor een goed renderend gewas moet je roteren in je vruchtwisseling, ook met minder renderende gewassen, om de bodem te verbeteren.” Ook heeft hij in 2012 op eigen kosten extra tussen gedraineerd, omdat het potje van de verpachter leeg was. „Verder is de sloot opnieuw uitgegraven en is het perceel enkele malen geëgaliseerd. Ik ben benieuwd waar ik de hiervoor gemaakte kosten kan declareren, als ik het perceel straks niet meer mag gebruiken.”
Natte oogstomstandigheden
Vijn heeft het pachtperceel van 8 hectare sinds 2006 in beheer. Hij heeft tot nu toe twee contracten van vier en vijf jaar gehad en heeft nu dus een contract van een jaar aangeboden gekregen. „Dit stuk land past mij heel goed, omdat het midden tussen de percelen ligt die ik in eigendom heb. Ik kan nu al mijn kavels bereiken, zonder dat ik over de weg hoef te rijden. Vooral bij natte oogstomstandigheden komt dit de verkeerveiligheid ten goede. Ik heb de suikerbietenoogst helemaal kunnen verwerken zonder over de weg te hoeven rijden.”
Verslechtering van de verkeersveiligheid
Vijn denkt dat wisselende pachters ook een verslechtering van de verkeersveiligheid met zich meebrengen. „Er wordt dan veel meer met trekkers en machines heen en weer gereden. Maar veiligheid is blijkbaar geen issue meer voor het Rijksvastgoedbedrijf. Er zijn in het verleden miljarden euro’s geïnvesteerd om de verkaveling te verbeteren. Dit om landbouwverkeer te beperken en uit oogpunt van efficiëntie en milieu. Daar hoor je de overheid nu niet meer over.”
Lees het volledige interview in het vakblad Akker dat zaterdag 12 december is verschenen