Vraag naar plekken op zorgboerderijen blijft groeien
„Er komen nog steeds elk jaar nieuwe zorgboeren bij”, vertelt Esther Bobeldijk namens Federatie Landbouw en Zorg. „In 2023 zijn er een goeie 70 nieuwe zorgboerderijen bijgekomen. Kijkend naar het totaal aantal zorgboerderijen zien we een stijging van 900 in 2021 naar 1.050 in 2023. Dat zijn bij de Federatie aangesloten zorgboerderijen. Daarnaast zijn er naar schatting nog zo’n 300 andere zorgboerderijen.”
Onlangs publiceerde de federatie in samenwerking met de Rabobank een update over de oriëntatie en opstart van zorglandbouw. Daarin staat dat zowel de overheid als de Rabobank omschakeling naar zorglandbouw zien als een goede optie voor boeren om meer toekomstbestendig te worden. Bobeldijk: „Met een tweede tak sta je ook gewoon sterker, omdat je niet meer alleen afhankelijk bent van bijvoorbeeld de melkprijs. Maar zorg moet je niet gaan doen vanwege het verdienmodel. Je moet het wel met liefde en empathie doen. Anders kan het wel eens te veel energie gaan kosten.”
Kwalitatieve zorg
Het is namelijk ook lang niet altijd makkelijk. De federatie merkt dat nieuwe zorgboeren de administratie en impact op het gezin nog wel eens onderschatten. Om aankomende zorgboeren daar goed op voor te bereiden biedt de federatie haar leden een handboek en een oriëntatie cursus die ze zelfstandig kunnen doorlopen aan. Bobeldijk: „We geven daarin in verschillende modules onder andere uitleg over het kwaliteitssysteem waar je als zorgboer mee te maken krijgt.”
Boeren die bij de federatie zijn aangesloten werken met een eigen kwaliteitskader (gelanceerd in 2022). Bobeldijk: „Het kwaliteitskader van de federatie is veel praktischer ingericht voor de kleinschalige landbouwzorg dan andere kwaliteitskaders. Jaarlijks wordt ons kwaliteitskader en het bijbehorende keurmerk bijgewerkt, zodat zorgboeren elk jaar op de hoogte worden gebracht van vernieuwde wet- en regelgeving. Ook komen allerlei zorg gerelateerde onderwerpen voorbij. Op deze manier willen we als federatie de zorgboeren helpen om de kwaliteit hoog te houden.”
Vergoeding
Hoewel de omzet van zorgboerderijen stijgt en het starten van een zorgboerderij wordt aangemoedigd, is het financieel soms uitdagend. Zo ziet de federatie dat tarieven onder druk staan terwijl tegelijkertijd de zorgvraag en zorgzwaarte toeneemt. Daarnaast zien ze ook dat indicaties vaak (te) laat worden afgegeven. „Dat zien we met name bij de deelnemers met dementie. Wanneer die later komen, en dus al verder in het proces zijn, is het moeilijker om hen op de zorgboerderij te begeleiden. Terwijl het juist voor mensen met dementie heel belangrijk is om fysiek en in de buitenlucht bezig te zijn om vermindering van gezondheid en vaardigheden af te remmen”, legt Bobeldijk uit.
Ook het vervoer van deelnemers is lastig te financieren. Bobeldijk: „De vergoeding voor vervoer beslaat meestal alleen de kosten voor benzine. Een chauffeur inhuren daarvoor kan niet. We zien dat veel zorgboerderijen voor het vervoer afhankelijk zijn van vrijwilligers.”
Zorg voor financiële reserve
De Rabobank vraagt bij een investering een eigen inbreng van zorgboeren van 20 procent. Het resultaat moet volgens de bank uiteindelijk passend zijn voor het betalen van rente, aflossing, vervangingsinvesteringen en een marge voor het opvangen van tegenvallers.
Een belangrijk onderdeel van de prognose is volgens de Rabobank de onderbouwing van de omzet van betaaltitels voor de geleverde zorgdiensten. Is er bijvoorbeeld een contract verkregen met een zorgkantoor voor diensten met betrekking tot de WLZ (Wet Langdurige Zorg) of heeft men een overeenkomst met de gemeente over diensten, die vallen onder de WMO (Wet Maatschappelijke Ondersteuning) of Jeugdwet (Jw). Als een zorgboer deelnemers heeft die in meerdere gemeentes woonachtig zijn, moet met alle betrokken gemeenten een afspraak zijn gemaakt.